De 100 meest gestelde vragen bij bedrijfsoverdracht, vraag 30 van 100
Nadat de vorige blogberichten specifiek ingingen op opvolging en overname binnen familiebedrijven gaan we weer verder met de meer algemene benadering. Dit blogbericht behandelt het bespreekbaar maken van het onderwerp bedrijfsoverdracht: hoe, wanneer en met wie?
Het is vanzelfsprekend van belang dat er duidelijkheid bestaat over de opvolging, zowel voor de ondernemer in kwestie, voor de opvolger als voor de rest van het bedrijf, de klanten en de leveranciers. We maken het geregeld mee dat een bedrijf “last” krijgt van personeel, klanten of leveranciers die ongefundeerde conclusies verbinden aan de leeftijd van de ondernemer indien deze op leeftijd is. Onterecht, maar wel begrijpelijk. Informatie over de toekomstplannen, inclusief voeren van management en eigendom van de onderneming, geeft deze partijen duidelijkheid en comfort.
De beste manier om het thema bespreekbaar te maken, is erover te praten met de direct betrokkenen. Zelfs als nog niemand in beeld is als opvolger moet er openlijk over gepraat worden met de sleutelfiguren binnen het bedrijf. Het is belangrijk dat zij weten waar ze aan toe zijn en dat ze de zeker zijn van hun baan in nabije toekomst. Als ze dit niet weten, loopt men het risico dat zij hun eigen toekomstplan uit gaan stippelen (buiten de onderneming). In elk geval, overdracht of niet, is het belangrijk sleutelfiguren te hebben en te houden. De opvolger dan wel koper leunt zwaar op deze personen.
Als u problemen tegenkomt bij een bedrijfsopvolging of u zit in de situatie dat u niet weet wat u moet doen, kunt u dat het best bespreken met een vertrouwenspersoon. Bijvoorbeeld een commissaris of een externe adviseur. Deze vertrouwenspersoon moet namelijk onafhankelijk naar het bedrijf kunnen kijken. Hij moet in staat zijn om zijn emoties bij het bedrijf niet mee te laten spelen in zijn beoordeling.
Vaak denkt een eigenaar dit zelf ook wel te kunnen als hij het prijskaartje van een adviseur ziet, maar vaak kan deze zijn emoties niet achterwege laten en speelt zijn gevoel wel degelijk mee in zijn oordeel. Een externe adviseur zal in alle gevallen ook duidelijk kunnen en moeten maken dat de inzet van hem juist van grote (im-)materiële waarde is.